MRI-scan

De MRI-scanner maakt doorsnedefoto’s van het lichaam in elke gewenste richting met behulp van een  sterk magnetisch veld en radiogolven (geen röntgenstraling).  Afhankelijk van het te onderzoeken orgaan of weefsel kan het nodig zijn om een contrastmiddel toe te dienen.

Doel van het onderzoek?

Met een MRI kunnen het skelet, organen en weefsels in het lichaam onderzocht worden zonder gebruik van straling.

Altijd op afspraak

Een MRI-onderzoek kan alleen op afspraak en met een aanvraag van de verwijzende arts.

Wie komt niet in aanmerking voor een MRI?

  • U hebt een ingeplant metalen, magnetisch of elektrisch hulpmiddel zoals een pacemaker, defibrillator, pijnpomp, insulinepomp, neurostimulator of binnenoorprothese: deze apparaten kunnen ontregeld worden door het magneetveld van de MRI.
  • U onderging een operatie waarbij een kunsthartklep, bloedvatclip, prothese of ander materiaal geplaatst werd: sommige van deze implantaten mogen niet in een sterk magnetisch veld komen.  
  • U hebt metaalsplinters in de oogkas. De splinters kunnen gaan bewegen en schade veroorzaken.
  • U bent minder dan drie maanden zwanger. In het eerste trimester van de zwangerschap wordt een MRI-onderzoek niet uitgevoerd.
  • Het is belanrgijk te weten of u een nierziekte heeft.
  • Het is belangrijk te weten of u zwanger bent of het zou kunnen zijn.

Verwittig ons altijd vooraf in deze gevallen

  • U hebt een implantaat.
  • U bent (mogelijk) zwanger.
  • U geeft borstvoeding.
  • U bent allergisch voor contraststof.
  • U hebt een ernstige nierproblemen.
  • U bewerkt metaal of hebt een gekende metaalsplinter in het lichaam (bv. in de oogkas of onder de huid). In het lichaam aanwezige metaalsplinters kunnen tijdens het onderzoek gaan bewegen en schade veroorzaken.
  • U hebt last van claustrofobie (angst of benauwdheid in kleine ruimtes).

Elke patiënt moet vooraf een vragenlijst over deze onderwerpen invullen (‘screeningsformulier’).

Voor dit onderzoek moet u niet nuchter zijn

  • U mag gewoon eten en drinken.
  • U mag uw gebruikelijke medicatie innemen.
  • Uitzondering: een MRI-onderzoek van de galwegen (MRCP). Uw arts informeert u hierover.

Waar moet u vooraf op letten?

  • Er mogen geen metalen of magnetische voorwerpen in de onderzoeksruimte meegenomen worden. Laat daarom ook juwelen, haarspelden, riemen of piercings zoveel mogelijk thuis.
  • Draag geen ondergoed met metalen elementen (bv. bh met beugel), draag geen mascara (die kan metaaldeeltjes bevatten) en verwijder medicinale pleisters.

Hoe verloopt het onderzoek?

  • De verpleegkundige vraagt u om alle metallische voorwerpen (horloges, munten, bankkaarten, sleutels, gehoorapparaat, kunstgebit, bril) achter te laten in de kleedcabine, die u kunt afsluiten. Mogen bv. niet in de MRI-ruimte gebracht worden: horloges, munten, bankkaarten, sleutels, gehoorapparaten, gebitsprothesen. U mag enkel ondergoed aanhouden. U krijgt een hemdje.
  • Als voor het onderzoek contraststof nodig is, krijgt u een infuus in uw arm waarlangs het contrastmiddel wordt toegediend.
  • U wordt op een tafel gelegd, die langzaam in een grote holle buis schuift. Rond deze tunnel bevindt zich de magneet, en worden er (onschadelijke) radiogolven op uw lichaam afgestuurd. De terugkaatsing van de radiogolven wordt opgevangen door antennes, en door een computer omgezet in beelden.
  • U krijgt een koptelefoon aangeboden tegen het lawaai van de scanner, en een belletje in uw hand waarmee u de verpleegkundige kunt verwittigen bij eventuele problemen tijdens het onderzoek. Via een microfoon in de scanner kunt u ook met de verpleegkundige praten.
  • Een MRI-onderzoek bestaat uit meerdere opnamen. Het is belangrijk dat u tijdens deze opnamen zo stil mogelijk blijft liggen, omdat de beelden anders mislukken.

Duur van het onderzoek?

De duur is afhankelijk van het desbetreffende orgaan, weefsel of lichaamsdeel dat onderzocht wordt.

Na het onderzoek mag u het ziekenhuis verlaten

U kunt uw gewone activiteiten hervatten. U mag dus ook zelf met de auto rijden.

Mogelijke ongemakken, bijwerkingen of risico’s?

  • De MRI-opnames maken veel lawaai, alsof er vlak naast u een drilboor aan het werk is. Daarom krijgt u een koptelefoon (of oordoppen als een koptelefoon niet mogelijk is).
  • Het onderzoek is geheel pijnloos. Het is mogelijk dat u trillingen voelt of dat een licht tot uitgesproken warmtegevoel optreedt. Dat is normaal en ongevaarlijk.
  • Bij een MRI wordt geen gebruikgemaakt van straling. Er zijn geen schadelijke bijwerkingen of risico’s bekend.
  • Bij een onderzoek met toediening van contraststof: u voelt een prik zoals bij een bloedafname.
  • Bij de inspuiting van het contrastmiddel kan een warmtegevoel en soms een plasgevoel, een vreemde smaak in de mond of kriebel in de keel ontstaan. Dit verdwijnt na enkele minuten.
  • Bij toediening van contrastmiddel kan zich zeldzaam een allergische reactie voordoen. Die is meestal mild (niezen, roodheid, jeuk, bulten op de huid zoals bij een insectenbeet) en slechts zelden moet de arts ingrijpen en hiervoor medicatie geven.

Wat met het resultaat van het onderzoek?

  • Uw behandelend arts bespreekt de uitslag met u. Het resultaat wordt elektronisch aan uw behandelende arts bezorgd (en aan uw huisarts als hij niet de aanvrager is).
  • Hebt u voor de dag van het onderzoek een attest werkonbekwaamheid nodig voor uw werkgever? Vraag dit dan aan de inschrijfbalie van de dienst Radiologie.
 
deze INFORMATIE IS ALGEMEEN. DE INFORMATIE DIE U VAN UW ZORGVERLENER  MAG VERWACHTEN HOUDT REKENING MET UW SPECIFIEKE GEZONDHEIDSTOESTAND.

 

Maak een afspraak