Cervicale Epidurale Infiltratie

Inleiding

Samen met uw behandelende (pijn)specialist heeft u besloten om over te gaan tot een behandeling door middel van een cervicale epidurale infiltratie. Deze informatiebrochure geeft u meer informatie over de behandeling die u zal ondergaan. Zo kan u zich al voorbereiden op de ingreep want hoe beter u de procedure kent, hoe vlotter alles kan verlopen.

Cervicale epidurale infiltratie

Wat is een cervicale epidurale infiltratie?

Bij dit type infiltratie injecteert de pijnspecialist corticosteroïden in de epidurale ruimte vlakbij de pijnlijke zenuw. De doelstelling hierbij is om de pijn te verminderen of draaglijker te maken door de ontsteking rond de zenuw weg te nemen.

Door het toedienen van de corticosteroïden wordt een gedeelte van de prikkels uitgeschakeld waardoor in veel gevallen de pijn verdwijnt, maar waarbij de zenuw toch zijn eigenlijke functie behoudt. De infiltratie vindt plaats ter hoogte van de lage hals (cervicaal).

Vaak zijn 2 of 3 infiltraties nodig, met telkens een tussenpoos van ongeveer 2 weken  om de pijn voor langere tijd onder controle te krijgen.

Aandachtspunten

Waar moet u op letten voordat u een cervicale epidurale infiltratie krijgt?

Er zijn een aantal situaties die u zeker aan de pijnspecialist moet melden vóór de behandeling start:

  • Zwangerschap
    • Als u zwanger bent, mag u geen infiltratie ondergaan omdat er röntgenstralen gebruikt worden.
  • Ziekte of koorts
    • Indien u koorts heeft, mag u geen behandeling ondergaan. Dan kan er best een nieuwe afspraak gemaakt worden.
  • Allergie
    • Als u overgevoelig of allergisch bent voor jodium, pleisters, contrast- of verdovingsvloeistof kunnen er passende maatregelen genomen worden.
  • Bloedverdunners
    • Indien u bloedverdunners neemt, kunnen er passende maatregelen genomen worden. Meestal moet u deze een vastgelegde tijd voor de behandeling stoppen.

Indien u hierover nog vragen heeft of twijfelt, kan u altijd contact opnemen met onze dienst.

Voorbereiding

Hoe moet u zich voorbereiden?

  • U moet geen speciale voorbereidingen treffen tenzij uw specialist dit uitdrukkelijk vermeldt.
  • U mag gewoon eten en drinken voor deze behandeling.
  • Zorg ervoor dat u na de behandeling naar huis gebracht kan worden door een begeleider. U mag namelijk na de behandeling gedurende de rest van de dag niet actief deelnemen aan het verkeer.

Welke documenten moet u meebrengen?

  • Uw identiteitskaart
  • Uw verzekeringskaart of formulier van de hospitalisatieverzekering
  • Uw verwijsbrief indien u via een specialist bent doorverwezen
  • Uw informed consent/toestemmingsformulier

Uw opname

Hoe verloopt uw opname?

Inschrijvingen

U dient zich eerst aan te melden bij de Inschrijvingsdienst in het Medisch Centrum Tienen. Belangrijk hierbij is dat u eventuele wijzigingen (bv. verandering van adres of huisarts) aangeeft. U krijgt een identificatiebandje dat u moet aanhouden tot u het ziekenhuis verlaat. Hierna mag u zich naar de wachtzaal van het dagziekenhuis begeven.

Dagziekenhuis

In het dagziekenhuis moet u een operatieschort en operatiemuts aantrekken. Soms wordt een waakinfuus aangebracht waarlangs tijdens de behandeling eventueel medicatie kan gegeven worden.

Daarna wordt u naar de behandelruimte gebracht, waar de verpleegkundige u verdere instructies zal geven over hoe u best kan plaatsnemen. Patiënten moeten voor deze behandeling recht zitten op de rand van uw bed. U probeert uw schouder te ontspannen en brengt de kin naar de borst.

Nadat u heeft plaatsgenomen, wordt door de pijnspecialist met behulp van röntgenapparatuur gezocht naar de pijnlijke zenuw. Deze prikplaats wordt aangeduid met stift op de huid en wordt ook afgedekt met een steriele doek. De huid wordt plaatselijk verdoofd, wat een brandend, spannend gevoel kan geven, dat ook snel weer wegtrekt. Hierna zal de pijnspecialist de naald vlakbij de zenuw plaatsen en dit controleren door contrastvloeistof in te spuiten. Als de naald op de goede plaats zit wordt een kortwerkende verdoving samen met corticosteroïden ingespoten. Hierbij kunt u eventueel een uitstralende pijn in uw arm voelen.

Na het toedienen van de infiltratie wordt u door de verpleegkundige gebracht naar de ontwaakzaal. De verpleegkundige controleert vervolgens uw bloeddruk en hartslag, waarna u terug naar uw kamer mag. U moet enkele uren op de rug blijven liggen. Als de pijnarts u gecontroleerd heeft, mag u het ziekenhuis verlaten. U mag bij het verlaten van het ziekenhuis uw identificatiebandje uitdoen.

Nazorg

Na de behandeling kan u een warmtegevoel en/of een krachtsverlies in de armen voelen. Dit is volledig normaal en wordt veroorzaakt door de verdovingsvloeistof die na 2 tot 8 uur is uitgewerkt. Wees zeker voorzichtig dat u niet valt en vraag hulp indien nodig. U kan best gedurende de rest van de behandeldag het wat rustiger aandoen.

Wanneer de plaatselijke verdoving na enkele uren is uitgewerkt, kan er napijn optreden. Dit komt omdat de behandeling plaatsvindt in reeds geïrriteerd weefsel. Deze napijn kan nog een tijdje aanhouden, maar verdwijnt vrijwel altijd. U kan hiervoor een pijnstiller innemen.

Mogelijke complicaties of nevenwerkingen 

Belangrijk om te weten is dat er slechts uiterst zelden complicaties voorkomen bij deze behandeling. Toch overlopen we even de mogelijke complicaties zodat u op de hoogte bent hiervan.

Complicaties

  • Bloeduitstorting
    • Een enkele keer wordt een bloedvaatje geraakt waardoor een bloeding ontstaat.
  • Hersenvliesontsteking
    • Deze ernstige verwikkeling kan voorkomen maar is extreem zeldzaam. Hersenvliesontsteking dient met antibiotica behandeld te worden. Koorts en hoofdpijn kunnen hiervan symptomen zijn.
  • Hoofdpijn
    • Hoofdpijn kan ontstaan door het aanprikken van het vlies rond het ruggenmerg. In sommige gevallen wordt hiervoor opnieuw een epidurale inspuiting verricht, maar ditmaal met uw eigen bloed om het lek te stoppen.
  • Allergische reactie op contraststoffen of corticoïden
    • Bij een reactie op de gebruikte contraststoffen of corticoïden kan plaatselijke roodheid, zwelling of jeuk ontstaan, maar deze geven zelden gevolg tot levensbedreigende situaties. Het is wel altijd zeer belangrijk dat u gekende allergieën meldt aan de pijnspecialist vóór de start van de behandeling.

Sommige nevenwerkingen zijn reeds aan bod gekomen in deze folder, maar hieronder kan u nogmaals een korte opsomming vinden.

Nevenwerkingen

  • Napijn
    • Zoals al eerder vermeld werd kan u gedurende enkele dagen wat napijn ervaren ter hoogte van de rug en de benen door plaatselijke irritatie.
  • Cortisone
    • Het toedienen van cortisone kan zeer zeldzaam botverlies versnellen of de bijnierwerking onderdrukken. Daarnaast kan toediening van dit product ook leiden tot aanhoudende hik of hoofdpijn, gevoeligheid voor infecties, bloeddrukval, verlaging van de hartslag of een tijdelijke verhoging van de bloedsuikerspiegel. Diabetespatiënten dienen zeker hun suikerspiegel regelmatig te controleren.
  • Krachtsvermindering/warmtegevoel
    • Dit kan optreden na het gebruik van verdovingsvloeistof, maar verdwijnt weer na enkele uren. Wees zeker voorzichtig dat u niet valt en vraag hulp indien nodig.

Nog vragen?

Deze brochure heeft als doel u de meest relevante informatie te verschaffen, maar is uiteraard niet volledig. Heeft u doorheen heel het proces van de ingreep - dus niet enkel vóór de ingreep, maar ook tijdens uw opname of na de ingreep - nog vragen, kan u steeds bij ons terecht. Zowel op vragen omtrent de ingreep zelf, de verzorging, het administratieve aspect,… geven wij u graag een antwoord.

U kan ons steeds bereiken via ons secretariaat op het nummer 016 80 93 26.

Ons secretariaat is maandag, dinsdag en woensdag beschikbaar van 13u00 – 17u00, donderdag en vrijdag van 9u00 -17u00.